Kwetsbare groepen kinderen blijven achter met het behalen van alle zwemdiploma’s
Een A-, B- en C-zwemdiploma is voor steeds meer kinderen de normaalste zaak van de wereld. Bijna 40 procent van de kinderen heeft alle drie de zwemdiploma’s. Dit aantal is nog nooit zo hoog geweest. Sportonderzoekbureau Mulier Instituut bracht deze cijfers naar buiten. Dat meldt RTL Nieuws.
Sinds 2012 doet het onderzoeksinstituut iedere twee jaar onderzoek naar de zwemveiligheid van kinderen in Nederland. Dit doen zij in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Het aantal basisschoolkinderen dat kan zwemmen is sinds die tijd toegenomen van 27 naar 38 procent.
Geen zwemdiploma
Het aantal kinderen zonder zwemdiploma komt in 2025 uit op 14 procent. Bij gezinnen met lage inkomens of kinderen met een migratieachtergrond heeft 40 procent van de kinderen geen zwemdiploma.
Het Mulier Instituut laat weten dat de aandacht voor kinderen uit kwetsbare groepen blijft. Directeur van de Nederlandse Raad voor Zwemveiligheid (NRZ), Arjan de Vries, vindt dat inkomen geen rol moet spelen voor een zwemles. “Wij zijn er voor elk kind dat zwemonderwijs wil volgen.”
Fondsen
Gezinnen die het financieel lastig hebben, kunnen dankzij verschillende fondsen hun kinderen toch zwemlessen aanbieden. Leergeld Nederland is zo’n fonds. Deze stichting ziet dat zwemles ieder jaar duurder wordt en krijgt ook meer aanvragen voor hulp. Ze ondersteunde ongeveer 25.000 kinderen bij de zwemles in 2024 en dat aantal is ook in 2025 alleen maar gegroeid.
Schoolzwemmen
Vincent Karremans van de VVD heeft als staatssecretaris Jeugd, Preventie en Sport onderzocht of het schoolzwemmen weer terug kon komen. Steeds meer scholen zijn met het schoolzwemmen gestopt sinds het in 1985 niet meer verplicht werd. Minder dan 1 op de 4 scholen biedt nog schoolzwemmen aan.
Basisvaardigheden belangrijker
In april vond Karremans het toch belangrijker dat scholen meer aandacht gingen besteden aan de basisvaardigheden lezen, rekenen en schrijven.