Coalitie en oppositie bereiken akkoord over minder bezuinigen op onderwijs
Het kabinet wil 2 miljard euro besparen op het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Daar keerden CDA, SGP, ChristenUnie, JA21 en D66 zich tegen. Die laatste partij stapte eerder uit het overleg met de coalitie. De coalitie heeft de steun van de oppositiepartijen nodig omdat zij in de Eerste Kamer geen meerderheid heeft.
Langstudeerboete
De partijen zijn onder meer overeengekomen dat de langstudeerboete (282 miljoen) van tafel gaat, er veel minder wordt bezuinigd op de maatschappelijke diensttijd (130 miljoen) en 75 miljoen bezuinigen op de lerarensalarissen wordt teruggedraaid. Om dit te betalen wordt er bezuinigd op trainingen van medisch specialisten na hun opleiding en wordt geld gevonden bij de onderuitputting van de ov-studentenkaart, aldus Bontenbal.
Volgens hem is het “niet zo gek” dat een flink deel van het geld wordt gevonden bij VWS. In een eerder voorstel van de oppositiepartijen werd voorgesteld om het eigen risico in de zorg minder te verlagen dan het kabinet van plan is. Dat was vooral voor coalitiepartij PVV niet te slikken. Die heeft zich vorig jaar tijdens de verkiezingscampagne er sterk voor gemaakt.
Opluchting
“Het is niet een fraaie begroting. We hebben een slechte begroting minder slecht gemaakt”, aldus CDA-leider Bontenbal. “Er ligt een pakket waar we allemaal mee kunnen leven”, zegt Geert Wilders (PVV) die opgelucht is dat de partijen eruit zijn gekomen. Opluchting is er ook bij Mirjam Bikker (ChristenUnie), maar ze zegt ook “hier niet te staan om de coalitie overeind te houden, ik sta hier wel om de onderwijsbegroting te verbeteren”.
Door: ANP