Pedagogisch medewerker van naschoolse opvang ontslagen na weigeren PCR-test

De vrouw was ervan overtuigd dat de PCR-test geen corona kan aantonen en vindt de verplichting om zich te laten testen in strijd met artikel 10 en 11 van de Grondwet. “Als ik niet mag werken omdat ik mij niet wil laten testen, is dat dwang en dwang is strafbaar”, schreef de vrouw aan de directie. 

Weigering van PCR-test 

De vrouw heeft de voorkeur om bij klachten of na contact met een besmet persoon direct tien dagen in quarantaine te gaan, maar zonder test vooraf. Dan moet de werkgever wel elke keer vervangers inhuren. Vanwege de weigering is de leerkracht officieel gewaarschuwd en op non-actief gezet. Daarna kwam pas de ontslagaanvraag. 

Geen ernstig verwijt 

De rechter vindt de test-verplichting voor medewerkers een middel dat gebruikt mag worden om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. Door de PCR-test te weigeren heeft de medewerkster volgens de rechter verkeerd gehandeld. Het is geen ernstig verwijt, en daarom heeft ze wel recht op een ontslagvergoeding en de wettelijke opzegtermijn. Per 1 april wordt de vrouw officieel ontslagen. 

Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk