Open Universiteit onderzoekt nut concentratiehulpmiddelen in de klas
Veel basisscholen gebruiken hulpmiddelen die ervoor moeten zorgen dat kinderen zich beter kunnen concentreren. Of deze middelen ook daadwerkelijk helpen, is nog maar de vraag. De Open Universiteit is daarnaar een onderzoek gestart, met medewerking van diverse Limburgse scholen. Dit meldt De Limburger.
Hulpmiddelen als koptelefoons, wiebelkussens en fidget spinners worden vaak ingezet bij drukke, onrustige of dromerige kinderen in de hoop dat zij zich daardoor beter kunnen concentreren in de klas. Leveranciers zien de laatste jaren duidelijk een toenemende vraag naar de concentratiehulpmiddelen.
Patty Vennekens, bestuurslid van Ketp (Kinderergotherapiepraktijken Nederland) en zelf ergotherapeut, vindt dat er gedegen onderzoek moet komen naar het nut van de hulpmiddelen. “Je doet kinderen tekort als je ze een hulpmiddel geeft dat ze niet eens nodig hebben.” Volgens Vennekens wordt er nu te snel naar een hulpmiddel gegrepen, terwijl je kinderen ook kunt leren om met prikkels om te gaan.
Uit eerder onderzoek van de Open Universiteit bleek al dat zo’n 30 procent van de leerlingen concentratieproblemen heeft in de klas. Vervolgonderzoek moet uitwijzen welk hulpmiddel bij welk kind nuttig is.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids
