Meer jongeren kregen in de eerste helft van 2023 te maken met jeugdzorg

De stijging ten opzichte van 2022 komt doordat meer jongeren ambulante jeugdhulp kregen. Het aantal jongeren dat jeugdhulp met verblijf kreeg, nam juist af. Ook het aantal jongeren met jeugdbescherming nam af. Bovendien werden voogdij-trajecten het afgelopen jaar vaker afgesloten omdat het gezag weer terug ging naar de biologische ouders. Meestal eindigen voogdij-trajecten omdat het kind 18 jaar wordt. Het aantal jongeren dat jeugdreclassering kreeg, bleef gelijk.

Voorlopige cijfers 

Afke Donker van het Nederlands Jeugdinstituut benadrukt dat het gaat om voorlopige cijfers. “We weten dat de voorlopige cijfers standaard een onderschatting zijn van het werkelijk gebruik. Er komen nog kinderen bij van wie de hulp al wel gestart is, maar van wie de gegevens nu toch nog niet zijn aangeleverd aan het CBS. Deze onderschatting ligt de afgelopen jaren stabiel op ongeveer 5 procent. Dit betekent dat het jeugdhulpgebruik waarschijnlijk met 5 procent is gestegen. Deze stijging is vooral zichtbaar in de toename van het aantal jongeren met jeugdhulp zonder verblijf.”

Speciaal onderwijs 

Jongeren met jeugdzorg hebben vaker dan hun leeftijdsgenoten te maken met problemen en uitdagingen in het gezin. Zo volgen jongeren met jeugdzorg vaker speciaal onderwijs, wonen hun biologische ouders vaker niet meer bij elkaar, en is er in hun gezin ook vaak andere zorg, zoals Wmo of ggz. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van het CBS.

Jeugdhulp met verblijf 

“We zien dat in de voorlopige cijfers het gebruik van jeugdhulp met verblijf iets is gedaald, maar dat jeugdhulp met verblijf wel vaker start met een crisis’, vertelt Donker. ‘Waarschijnlijk doen professionals erg hun best om hulp thuis in te zetten, zodat kinderen niet ergens anders hoeven te wonen. De ingezette hulp kan natuurlijk onvoldoende blijken te zijn. Als de situatie escaleert, kan het kind alsnog jeugdhulp met verblijf krijgen.”

Door: Nationale Onderwijsgids