Onderwijsinstellingen moeten in de toekomst meer samenwerken
17 maart 2025 om 07:47
3 minuten lezen

Onderwijsinstellingen moeten in de toekomst meer samenwerken

Minister Bruins: “Het vervolgonderwijs heeft te maken met behoorlijke uitdagingen, waaronder de dalende studentenaantallen en de bezuinigingen door dit kabinet. Daarnaast kampt Nederland met grote tekorten op de arbeidsmarkt. Hoe zorgen we ervoor dat iedere student in elke regio ook in de toekomst zo wordt opgeleid dat deze een waardevolle bijdrage kan leveren aan de economie en samenleving? Dat vraagt meer samenwerking en regie op het opleidingsaanbod. Zodat we voorkomen dat cruciaal onderwijs verdwijnt en we studenten blijven opleiden voor de opgaven van nu en in de toekomst.”

Landelijke afstemming over opleidingsaanbod 

Prioriteit voor Bruins is om zowel in het mbo, hbo als wo te zorgen voor meer landelijke afstemming over het opleidingsaanbod. Door de dalende studentenaantallen kan niet elke opleiding overal blijven bestaan. Strategische keuzes, meer samenwerking en landelijke afstemming zijn nodig om cruciaal onderwijs voor de Nederlandse maatschappij te verzekeren en studenten op te leiden voor maatschappelijke opgaven. Studenten houden uiteraard de mogelijkheid om een studie te kiezen die past bij hun talenten en interesses. De doelen zijn voor het mbo, hbo en wo hetzelfde, de aanpak verschilt passend bij de sector.

In het hbo en wo zetten instellingen al meer in op samenwerking, maar de huidige wet en bekostiging maken verdergaande samenwerking moeilijk. Dit komt omdat de focus in de wet ligt op het belang van de individuele instelling. Bruins wil voor hogescholen en universiteiten, na een verkenning, via de wet vastleggen dat wordt samengewerkt aan het opleidingsaanbod en dat daarbij naar het gezamenlijke, landelijke belang wordt gekeken. De wettelijke grondslag dient ervoor te zorgen dat onderwijsinstellingen gezamenlijk sturen op het opleidingsaanbod, van lokaal tot landelijk niveau. De minister wil hiervoor samen met het veld kaders ontwikkelen, waarmee instellingen gezamenlijk kunnen zorgen dat cruciaal onderwijs behouden blijft en in kunnen spelen op wat de economie en maatschappij vraagt. Bruins werkt dit samen met het veld uit, en wil hierbij oog houden voor onder andere het belang van de regio, tekortsectoren en unieke opleidingen. 

Redelijke reisafstand 

Voor het mbo vindt Bruins het belangrijk dat studenten op redelijke reisafstand goed onderwijs kunnen blijven volgen. Ook in de regio’s waar het aanbod onder druk staat door de dalende studentenaantallen. Er wordt gewerkt aan een Mbo Pact tussen werkgevers en onderwijsinstellingen om te komen tot een opleidingsaanbod dat inspeelt op de arbeidsmarkt van de toekomst. De minister wil ook dat het aanbieden van en investeren in opleidingen die voor de regio en maatschappelijke opgaven van belang zijn, zoals voor de zorg, veiligheid en techniek, meer wordt gestimuleerd. 

Bekostiging vervolgonderwijs 

Naast meer regie en landelijke samenwerking op het onderwijsaanbod wil Bruins de bekostiging voor het vervolgonderwijs stabieler maken. De daling van het aantal studenten heeft grote gevolgen voor het vervolgonderwijs, aangezien de bekostiging nu sterk afhankelijk is van het aantal ingeschreven studenten. Minister Bruins wil toe naar een stabielere vorm van bekostiging waarbij de dalende studentenaantallen minder impact hebben. Dit zorgt er ook voor dat de prikkels om te concurreren op studentaantallen afneemt en samenwerking makkelijker wordt. Voor het mbo werkt hij de komende tijd samen met de mbo-sector een aantal mogelijke bekostigingsvarianten uit. Eind dit jaar verwacht de minister een keuze te kunnen maken.

 De nieuwe, stabielere manier van bekostiging zal in 2029 in kunnen gaan omdat daar eerst een wetswijziging voor nodig is. Ook voor het hbo en wo wordt samen met de sector uitgewerkt hoe de bekostiging er in de toekomst uit kan zien, zodat de voorkeursoptie in 2026 gepresenteerd kan worden. Ondertussen vergroot Bruins alvast de vaste voet voor het hbo door praktijkgericht onderzoek hieraan toe te voegen. Hiermee krijgen onderzoekers meer zekerheid over hun inkomsten en wordt praktijkgericht onderzoek in het hbo steviger verankerd. Daarnaast wil hij minder administratieve lasten voor de onderwijsinstellingen door minder verantwoordingsdruk. Dat betekent ook dat de minister zich minder bemoeit met besluiten die op het niveau van het instellingsbestuur liggen.

Academische vrijheid 

Bruins wil dat de Nederlandse wetenschap steeds meer in verbinding staat met de samenleving om uitdagingen op te lossen. Daarbij hecht hij groot belang aan de academische vrijheid. Bruins wil ook de mogelijkheid om een onderzoekstitel te halen op het hbo, het professional doctorate, wettelijk vastleggen. In opdracht van de Tweede Kamer worden er enkele tientallen miljoenen per jaar minder bezuinigd op middelen voor werkdrukverlaging van wetenschappers. Hij stelt daar geen voorwaarden aan, lage regeldruk is een belangrijk uitgangspunt.

Europa blijft belangrijk om de toppositie van Nederlandse wetenschap te behouden. Nederland is netto-ontvanger van Europese wetenschapsfinanciering, het kabinet zet daarom in op een ambitieus en slagvaardig opvolger van het huidige Horizon Europe, waarmee Europa wetenschappelijk onderzoek financieel steunt.

Samen optrekken is in Europa ook belangrijk voor de strategische veiligheid van waardevolle kennis. Bruins zet hier in eigen land ook vol op in, bijvoorbeeld met de screeningswet die in de maak is, voor wetenschappers die willen werken met informatie die waardevol is voor de nationale veiligheid.

Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk 

Relevante artikelen

Alles van mbo
    • HBO

    Sterke daling van particuliere studentenkamers in Amsterdam

    Gisteren om 09:30
    • HBO

    Amsterdamse universiteiten sluiten politieke jongerenorganisaties uit tijdens introductieweek

    19 augustus 2025 om 10:05

Aankomende evenementen

22 Sep
Webinar ‘Burgerschapsbeleid in de praktijk’
  • Utrecht
24 Sep
Nederlands Congres Schoolaanwezigheid 2025
  • Gelderland
24 Sep
Opleiding: Spanningen op school
  • Utrecht