Demissionair Onderwijsminister Moes wil verschil tussen mbo, hbo en wo gelijktrekken
Demissionair onderwijsminister Gouke Moes wil dat mbo-studenten beter worden behandeld. Mbo’ers ontvangen nu nog minder studiefinanciering, maar maken meer schoolkosten. “We hebben deze mensen juist heel hard nodig”, aldus Moes. Dat meldt WNL.
Mbo’ers worden volgens Moes nog altijd ondergewaardeerd. De vorige onderwijsminister, Robbert Dijkgraaf, zei ooit dat het onderwijs een waaier is en geen ladder. “Praktisch talent doet er net zoveel toe als academisch en theoretisch talent. We praten ook niet meer over ‘laagopgeleid’ en ‘hoogopgeleid’, maar over ‘praktisch’ en ‘theoretisch’.”
Dezelfde rechten
Moes wil dat de mbo’ers dezelfde rechten krijgen als hbo’ers en universitair geschoolden. Maar, omdat Moes demissionair is heeft hij niet zomaar een pot met geld voorhanden. Hij heeft wel in kaart gebracht welke keuzes er gemaakt kunnen worden. Deze aanbevelingen gaan dan straks naar de formatietafel.
Kamerleden met een mbo-achtergrond
In de Tweede Kamer zitten er nog maar drie Kamerleden met een mbo-achtergrond. In de vorige Kamer waren dat er dertien. Moes ziet dat graag anders, want de Tweede Kamer moet een afspiegeling zijn van de samenleving.
Geld naar onderwijs
Sinds de eeuwwisseling geeft Nederland 35 miljard euro per jaar meer uit aan onderwijs. Het aantal leerlingen neemt wel af en docenten hebben gemiddeld minder leerlingen in de klas. Moes denkt dat de focus op kwaliteit niet goed is en dat er meer euro’s naar het klaslokaal moeten gaan.
Kritisch naar docentenopleidingen kijken
Moes wil ook kritisch gaan kijken naar de docentenopleidingen. “We hebben een docententekort, dus de lat is wat lager gelegd. Maar, we willen geen systeem waarin je zomaar leraar kan worden. Je moet echt iets in huis hebben en weten wat je aan het doen bent.”