
Onderwijsraad wil dat er op school meer ruimte komt voor andere talen
Meertaligheid van kinderen wordt in het onderwijs vaak als een probleem gezien, of als bijzaak, maar volgens de Onderwijsraad laten scholen met die opstelling mogelijkheden liggen. “Bij het leren van een nieuwe taal kan een eerder geleerde taal van nut zijn. Zo kunnen leerlingen hun thuistaal gebruiken om sneller en beter Nederlands te leren”, schrijft de raad in een advies.
Als er meer ruimte is voor leerlingen om hun thuistaal te gebruiken, kan dat volgens de opstellers van het advies “positieve gevolgen hebben voor het welbevinden van leerlingen en hun betrokkenheid bij het onderwijs”. Het helpt leerlingen ook om zich voor te bereiden op de samenleving, waarin mensen meerdere talen spreken. Daarbij doelt de raad niet alleen op buitenlandse talen, maar bijvoorbeeld ook op Fries of Limburgs.
Voorbeelden
In het advies staan diverse voorbeelden. Zo komt een les NT2 (Nederlands als tweede taal) op een middelbare school aan de orde waarin twee Oekraïense kinderen de opgaven onderling in hun moedertaal bespreken. “Dat helpt bij het begrijpen van de tekst en het beantwoorden van de vragen. Als ze er niet uitkomen, stellen ze vragen aan de leraar in het Nederlands.”
Talige diversiteit
De raad zou graag zien dat de overheid scholen verplicht in hun taalbeleid aandacht te besteden aan “talige diversiteit”. Ook pleit het adviesorgaan voor nascholing van leraren op dit gebied.
In het rapport wordt uitgelegd dat er in het verleden meer plaats voor andere talen was in het onderwijs, onder meer omdat de overheid toen nog aannam dat gastarbeiders ooit zouden terugkeren naar hun land van herkomst. De afgelopen decennia werden de mogelijkheden daarvoor kleiner en kwam de nadruk sterk op het Nederlands te liggen.
Altijd Nederlands met elkaar praten
Een deel van de scholen spoort kinderen aan om onderling altijd Nederlands te spreken. “Zo kan iedereen elkaar verstaan en voelt niemand zich buitengesloten”, vat de raad de gedachte daarachter samen. Het kan volgens de raad echter ook positief uitpakken als “de boodschap is dat elke taal erbij hoort”. Zo voelen kinderen meer “veiligheid en verbondenheid”.
Het idee om meertaligheid meer aandacht en ruimte te geven, roept ook weerstand op. Sommige leraren en jongeren spraken tegenover de opstellers van het rapport bijvoorbeeld de zorg uit dat leerlingen die alleen Nederlands spreken zich dan juist “minder verbonden zullen voelen met de school of opleiding”.