Normal_microscoop_laboratorium_medisch_onderzoek

Afgelopen nacht sloot de website om vragen in te dienen aan de wetenschap. Om middernacht stond de teller op het overweldigende aantal van 11656 vragen. Deze vragen vormen de basis voor de Nationale Wetenschapsagenda. Vragen die betrekking hebben op duurzaamheid, gezondheid, hersenen en economie komen het meest voor.

“Je verwonderen en het stellen van vragen is de basis van wetenschap. De 11656 vragen laten zien dat wetenschap in Nederland leeft. Ik wens alle wetenschappers die in de jury’s zitten om de vragen te valideren veel succes met deze flinke klus”, zegt minister Bussemaker van Onderwijs.

“Erg mooi om te zien dat de oproep om iedereen te betrekken bij de Nationale Wetenschapsagenda zo’n gehoor heeft gevonden. En ik vind dat ook terecht, want wetenschap is ontzettend belangrijk voor onze maatschappij,” aldus staatssecretaris Dekker van Onderwijs.

Ministers Bussemaker en Kamp (EZ) en staatssecretaris Dekker hebben de Kenniscoalitie, bestaande uit hoger onderwijsinstellingen, wetenschappelijke instituten en het bedrijfsleven, de opdracht gegeven om de Nationale Wetenschapsagenda op te stellen. De vragen zijn gesteld door individuen en door groepen uit de wetenschap, het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties.

De hele maand mei gaat een groot aantal jury’s, bestaande uit wetenschappers, zich buigen over de vragen. Alle 11656 vragen worden getoetst. Belangrijk daarbij is of er al een antwoord te geven is op de ingediende vraag en of de vraag überhaupt door de wetenschap te beantwoorden is. De vragen worden ingedeeld in drie verschillende thema’s breed maatschappelijk, uitgesproken economisch en algemeen wetenschappelijk. Voor alle drie de thema’s wordt er in juni een conferentie georganiseerd. Deze conferenties zijn het startpunt van een dialoog over de vragen, die doorloopt tot in het Weekend van de Wetenschap op 3 en 4 oktober. Eind november 2015 vindt de presentatie van de Nationale Wetenschapsagenda plaats.

© Nationale Onderwijsgids