Eerder onderzoek van Essity heeft aangetoond dat de hygiëne van Nederlandse scholen ernstig tekortschiet. Uit dit vervolgonderzoek blijkt echter dat overgaan op genderneutrale wc’s volgens ouders en leraren geen oplossing is. Slechts één op de zes ouders en leraren (respectievelijk 16 procent en 17 procent) is voorstander van genderneutrale toiletten. Gescheiden toiletten hebben nog steeds de voorkeur, ruim twee derde (69 procent) van de leraren en de meerderheid van de ouders (59 procent) geven dit aan in het onderzoek.

 

Leraren beoordelen de hygiëne van genderneutrale toiletten slechter dan die van gescheiden toiletten. Zowel genderneutrale toiletten als de jongenstoiletten scoren slechts een 5.8 als rapportcijfer. Genderneutrale toiletten worden zelfs het vaakst (in 41 procent van de gevallen) met een onvoldoende beoordeeld. Ruim de meerderheid van de leraren (59 procent) is het erover eens dat jongens de toiletten viezer achterlaten dan meisjes. Met genderneutrale toiletten gaan meisjes er dan ook het meest op achteruit. 

 

Gertie Eikenaar, communicatiedirecteur bij Essity Benelux: “Wij hebben dit onderzoek laten uitvoeren om erachter te komen hoe de hygiëne op schooltoiletten verbeterd kan worden. Uit de resultaten blijkt nu dat ouders en leraren genderneutrale toiletten onwenselijk vinden, mede omdat deze viezer worden beoordeeld dan gescheiden toiletten. We willen scholen met deze onderzoeksresultaten helpen in hun overwegingen omtrent mogelijke oplossingen voor schonere toiletten.”

 

In het onderzoek zijn basisschoolleraren en ouders met één of meerdere kind(eren) tussen de 5 en 12 jaar oud gevraagd naar de oorzaken van en mogelijke oplossingen voor de slechte toilethygiëne op basisscholen. In totaal namen 406 basisschoolleraren en 593 ouders deel aan het onderzoek.