(Novum) - Het salaris van Nederlandse leraren ligt fors lager dan het gemiddelde loon van andere hoger opgeleiden. Dat blijkt dinsdag uit een jaarlijks vergelijkend onderzoek van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). De grote verschillen maken het voor het onderwijs moeilijk om te concurreren met andere marktsectoren.
Zo verdient een docent in het basisonderwijs gemiddeld genomen dertig procent minder dan mensen met een vergelijkbaar opleidingsniveau. Voor een leraar in de onderbouw en bovenbouw van het voortgezet onderwijs is het verschil ruim vijftien procent. Daarmee zijn de verschillen bij Nederlandse onderwijssalarissen bovengemiddeld groot.
Wel scoort Nederland erg hoog als het gaat om de absolute hoogte van de onderwijssalarissen, maar volgens de Algemene Onderwijsbond (AOb) zegt dat weinig. "We concurreren niet met onderwijsinstellingen in het buitenland, maar moeten ons meten aan de eigen arbeidsmarkt", aldus voorzitter Walter Dresscher in een reactie. "Studiekiezers die twijfelen over een loopbaan in het onderwijs, haken af bij dit soort condities."
Dresscher vindt het dan ook 'onbegrijpelijk' dat het kabinet de nullijn voor lerarensalarissen doorzet. "Sinds vorige week weten we dat het zo blijft, als het aan minister Dijsselbloem ligt", aldus de AOb-voorzitter. "En minister Bussemaker maar beweren dat ze het Nederlandse onderwijs van 'good naar great' wil tillen. Als Nederland echt toponderwijs wil, dan moet er iets gebeuren. Want de werkdruk is te hoog en de beloning is te bescheiden."