Leren voor duurzame ontwikkeling
Tieners willen graag les krijgen over de natuur, in de natuur. Ze willen naar buiten, ze willen het zíen, horen, aanraken. En ze willen ook in de klas, op een leuke manier, wel meer leren over duurzaamheid: hoe die natuur en het milieu beschermd kunnen worden. Nu zit die kennis diep weggestopt in een enkel hoofdstukje bij aardrijkskunde of biologie. Het zit niet 'verweven' in het hele curriculum en ook de school zelf geeft geen voorbeeld van duurzaamheid in de praktijk. Er is geen structurele aandacht voor onderwerpen als groene stroom, biologische voeding of energiezuinig bouwen.
Dat was de conclusie van mijn scriptie-onderzoek als afsluiting van mijn studie onderwijskunde. Ook bij de gastlessen die ik later gaf op middelbare scholen, bleek dat leerlingen niet gewend waren aan onderwijs dat expliciet over duurzaamheid ging en dingen uit hun dagelijks leven met het milieu verbond. De kennis die ze hadden leek nog te resteren van hun basisschooltijd (“Het broeikaseffect? Dat de ozonlaag eraan gaat, toch?”) of rechtstreeks van het journaal te komen, of dat ene filmpje bij National Geographic. (“ja ik zag laatst iets op tv over het regenwoud”). Terwijl bij doorbladeren van hun aardrijkskundeboek, ik wel degelijk hier en daar iets zag staan over klimaatverandering. “In de eerste klas hebben we het hier over gehad”, zei de docent dan. Het was de leerlingen echter nauwelijks bijgebleven. Hoe dring je tot ze door?
Een groene generatie begint bij duurzame educatie. Docenten die zich betrokken voelen bij dit idee, willen er dolgraag wat mee doen. In gesprekken met hen bleek echter dat ze dit niet gemakkelijk wordt gemaakt. Ten eerste zijn de middelen vaak beperkt. Niet van lesmateriaal: docenten worden daarmee overspoeld door aanbieders. Maar het rooster zit al zo vol, dat er vaak geen tijd is voor een extra les of excursie. Daarbij moet de schoolleiding erachter staan, om ruimte en middelen te geven voor natuur- en milieueducatie. Scholen worden tegenwoordig geacht aan allerlei maatschappelijke vraagstukken in te spelen, van seksuele voorlichting en diversiteit tot discriminatie en alcoholmisbruik, terwijl de overheid steeds maar blijft hameren op wat zij noemt de ‘kerntaak’ van het onderwijs: taal en rekenen. De wereld vergaat, maar we kunnen wel goed spellen. Dat idee. Waar ligt de visie van de school?
De oplossing is: integratie in het curriculum. Duurzaamheid moet verweven zitten in het gehele lessysteem, in ons denken, bij elke beslissing en ontwerpproces. Zorg dat dat is wat je overdraagt. Hoe je dat kunt doen, daar is nog weinig over geschreven, maar het boek Lesgeven over duurzame ontwikkeling; een didactische handreiking geeft een goed idee. Ook zijn gastlessen (vooral van jongeren, zoals van NJR) een handige manier om een reguliere les over een bepaald onderwerp te vervangen en het onderwerp meer levend en aansprekend voor de jongeren te maken. Want dat jongeren een duurzame toekomst willen, daar twijfel ik niet aan. Geef hen dus de kennis en de inspiratie om daar aan te werken!