Normal_gymnastics-training-08038
Fitte leerlingen presteren beter op school, zo vindt de Algemene Onderwijsbond. Maar in plaats van het aantal voorgeschreven gymlessen te verhogen van twee naar drie uur per week, pleit de AOb ervoor om leraren op te leiden in het vak gym. Gymbevoegdheid is sinds 2002 geen standaardonderdeel meer van het pabo-diploma. Dit meldt de AOb.
 
Dat er momenteel middelen vrij worden gemaakt in het Regeerakkoord om ervoor te zorgen dat er drie uren per week aan gymnastiek besteed kunnen worden, vindt de AOb een goed streven. De bond vraagt zich echter af of deze maatregelen ook leiden tot extra kwaliteit. Sinds 2002 is gymbevoegdheid geen verplicht deel meer van de lerarenopleiding. Het gevolg is dat veel (jongere) leerkrachten geen gymbevoegdheid meer hebben en de scholen kampen met een tekort aan bevoegde leraren. Staatssecretaris van Onderwijs, Sander Dekker, schreef vorig jaar al in een brief aan de Tweede Kamer dat minder dan 30 procent van de scholen 'echte' gymleraren heeft. Bij de andere scholen worden de gymlessen verzorgd door groepsleerkracht. Deze leerkrachten zijn niet in alle gevallen opgeleid voor bewegingsonderwijs maar zij mogen wel spellessen geven. 
 
De onderwijsbond vindt echter dat bewegingsonderwijs meer dan een spelletje is. De lessen, zo pleiten zij, moeten dan ook altijd gegeven worden door iemand met de juiste bevoegdheid. Een bevoegd leerkracht kan de lessen goed en gevarieerd samenstellen en zo de kinderen uitdagen en hen zoveel mogelijk leren. Daarnaast heeft een gymleraar ook aandacht voor de veiligheid, aldus de AOb. Met het oog op de dagelijkse lespraktijk pleit de onderwijsbond er dan ook voor dat er voor gezorgd moet worden dat er meer vakdocenten opgeleid en aangenomen worden, voordat het aantal wekelijkse gymuren verhoogd wordt. 
 
© Nationale Onderwijsgids