Normal_bad-157437_640

De versoepeling van het toezicht op mbo-scholen moet teruggedraaid worden. Dit hebben de coalitiepartijen VVD en PvdA geëist van minister Bussemaker van Onderwijs. Volgens Bussemaker was de versoepeling nodig omdat mbo-scholen het als demotiverend ervaren wanneer zij het oordeel 'slecht' van de Onderwijsinspectie krijgen. Dit meldt de Telegraaf. 

De Onderwijsinspectie controleert de kwaliteit van het onderwijs door naar negen verschillende aspecten van de opleiding te kijken. Een school krijgt nu het eindoordeel 'slecht' als zes van de negen aspecten als 'slecht' worden beoordeeld. Bussemaker wil vanaf 2016 invoeren dat een opleiding alleen 'slecht' als eindoordeel krijgt, wanneer hij op alle negen punten de zwaarste onvoldoende wordt gescoord. 
 
Hetzelfde geldt voor de toetsing van de kwaliteit van diploma's en examens. Momenteel beoordeelt de inspectie de kwaliteit als 'slecht' wanneer aan drie van de vier getoetste criteria niet wordt voldaan. De minister wil deze toets ook versoepelen. 
 
De VVD en PvdA zijn het niet eens met deze versoepeling van de eisen. VVD-Kamerlid Lucas: “Als een school slecht les geeft moet je dat niet gaan verhullen door de normen bij te stellen.” PvdA'er Jadnanansing stelt ook dat een school gewoon de stempel 'slecht' moet kunnen blijven krijgen. “Wees open en eerlijk, daar hebben studenten en ouders recht op.” Vorige jaar kreeg minder dan een procent van de opleidingen het eindoordeel 'slecht'. Een kwart van de bijna 13.000 mbo-opleidingen voldeed niet aan de criteria op het gebied van diploma's en examens. 
 
© Nationale Onderwijsgids