Logo_logo_cnv_onderwijs

Werken in het mbo maakt trots, zo blijkt uit onderzoek van CNV Onderwijs. CNV Onderwijs lanceert op 5 oktober het project ‘Trots op ons mbo’ vanwege het onderzoek dat de vakvereniging dit jaar deed naar beroepstrots in het mbo. Uit kwantitatief onderzoek en circa 70 interviews komt naar voren  welke factoren essentieel zijn bij het versterken van de beroepstrots van docenten. Dat meldt CNV Onderwijs.

“Ik ben trots omdat ik deelnemers kan helpen de kick te ervaren die ik vroeger voelde als ik iets nieuws geleerd had”, zegt een docent. Vooral het contact met en de prestaties van studenten maken trots. De beroepstrots op de vijf onderzochte scholen is groot, zo blijkt. Men beschouwt zichzelf duidelijk als professionals. Factoren die de beroepstrots groter maken betreffen vooral de studenten/deelnemers en hun resultaten, de controle over het eigen werk, de mogelijkheden voor ontwikkeling en het eigen onderwijsteam.

Negatieve factoren zijn werkdruk en regeldruk. Van de directie en het college van bestuur ervaart men minder waardering dan van personen die dichter bij de docent staan, zoals direct leidinggevenden en collega’s. En hoe meer waardering er is van de kant van leidinggevenden, hoe groter de trots op het eigen werk.

Het onderzoek is terug te vinden op www.trotsoponsmbo.nl evenals een film met fragmenten van de geïnterviewde docenten. De film stimuleert schoolleiders en docenten om samen in gesprek te gaan over de volgende vraag: ‘Hoe kunnen we samen ons mbo nog mooier maken?’

© Nationale Onderwijsgids