Normal_brief_geld_vijftig

Niet alleen sommige hoogleraren, ook voorzitters van diverse onderwijsorganisaties verdienen meer dan een ministersalaris van 178.000 euro. Dat zou blijken uit berekeningen van de Algemene Onderwijsbond, een vakbond voor het onderwijsveld. Dit meldt de Telegraaf.

Onderzoekers namen de inkomsten onder de loep van de voorzitters van de MBO Raad, de Vereniging Hogescholen en de VSNU. Deze drie organisaties behartigen de belangen van respectievelijk het middelbaar beroepsonderwijs, het hoger beroepsonderwijs en de universiteiten. In 2013 ontvingen de voorzitters van de sectorraden beloningen die de grens van 178.000 euro overstegen. Daarbij werden wel de pensioenbijdrage en onkostenvergoedingen meegerekend. Geen van de drie voorzitters verdiende meer dan de bovengrens van de Wet normering topinkomens (WNT) van dat jaar. 
 
Sinds dit jaar geldt ook voor de publieke en semi-publieke sector een normering op de topinkomens. Voor lopende contracten wordt een overgangstermijn aangehouden. 
 
De onderzoekers rekenende de salarissen van de voorzitters om naar fulltime functies. In die situatie komt voorzitter Karl Dittrich van de VSNU uit op een jaarsalaris van 217.000 euro. In werkelijkheid werkt hij 0,8 fte. De VSNU laat weten dat het zich na het aflopen van het contract van Dittrich in 2016 aan de nieuwe normering zal houden. Thom de Graaf van de Vereniging van Hogescholen werkt 0,9 fte maar zou in een fulltime functie 198.000 euro verdiend hebben. De Vereniging Hogescholen maakt overigens bezwaar tegen de omrekeningen die de onderzoekers hebben toegepast. Voorzitter Ja van Zijl van de MBO Raad bekleed zijn functie fulltime en verdiende in 2013 194.257 euro. Zowel de MBO Raad als de Vereniging Hogescholen delen mee dat bij een volgend voorzitterscontract de nieuwe salarisgrens in acht genomen zal worden.
 
© Nationale Onderwijsgids